“Moet je eens kijken, zijn dat nou bijen of wespen?” We staan te kijken naar een grote zwerm insecten, bovenop de silo. Ze zitten bovenop het deksel, op een hoogte van een 10 meter.
Er komt een wesp aan me voorbij vliegen. Tja , bijen of wespen? En wat doen we ermee? De silo wordt gevuld, het deksel staat open, maar die zal straks dicht moeten, omdat er regen is voorspeld. Wat doen we ermee ?
“Ik ga zo naar Coruche, zal ik even langs gaan bij Zé Maria, de veearts. Misschien heeft hij een idee.”
Zo gezegd, zo gedaan.
Zé Maria: “Als het er honderden, duizenden zijn, dan zijn het bijen.””Wespen zitten meestal in groepen van een 30-40 stuks.””Het is vast een zwerm bijen, die op zoek zijn naar een plek om te nestelen”. “Misschien ergens in de buurt uit een korf uitgevlogen”. “Een imker kan ze zo voor je vangen. Aan het eind van de middag, doen ze dat, dan zijn de bijen rustiger”.
Mijn buurman heeft bijen, bedenk ik me. Ik zal met hem eens overleggen.
“Oh ja”, zegt deze, “dat zijn vast bijen”. “Laatst zag ik ook al een zwerm voorbij komen”. “Maar ik hoef ze niet, want ik heb mijn kasten vol”. “Doe er maar niets aan, die gaan vanzelf weer weg als ze zich niet kunnen nestelen”.
Dit alles was helemaal nieuw voor mij, ik kende dat helemaal niet. Als ik er later met anderen hier in de buurt over praat, heeft menigeen al eerder zo´n zwerm voorbij zien komen.
Het lijkt erop dat we hier een aardige bijenstand hebben, of mag ik die conclusie zo niet trekken?